Zonen van Sem
Het Semitisch erfgoed van Noach
Ontstaansgeschiedenis van Jodendom, Christendom en Islam
Noot 8 bij "de Diepe
Geschiedenis"
Volgens de tijdlijn in Tenach en het Oude Testament zou Noach in 2990 vce zijn geboren.
De Zondvloed had volgens dezelfde bron plaats in 2390 vce. In het verhaal in het boek Genesis, is Noach de stamvader van alle huidige mensen,
omdat hij met zijn vrouw, zijn zonen Sem, Cham en Jafet en hun vrouwen, als enige de zondvloed overleefde. Er wordt verteld hoe God aan Noach
de opdracht gaf een ark te bouwen, want er zou een grote vloed komen die alle leven zou vernietigen. Dat was omdat er groot onrecht en ongeloof
onder de mensen was ontstaan en God er berouw van had gekregen dat Hij de mens had gemaakt. Van elke reine diersoort moest Noach zeven mannetjes
en vrouwtjes - en van elke onreine diersoort één mannetje en één vrouwtje meenemen aan boord van de ark.
Toen de bouw van de ark was voltooid, gingen Noach, zijn vrouw, zijn zonen en hun vrouwen, aan boord en sloot God de deur van de ark. Daarna
begon het veertig dagen en veertig nachten zeer hevig te regenen en er ontstond een grote watervloed die alles vernietigde. Alles wat leefde
kwam om, behalve Noach en zijn familie, en de dieren die bij hen in de ark waren. Honderd vijftig dagen lang werd de aarde door water bedekt.
Toen begon het water te zakken en kwam de ark op de berg Ararat vast te zitten. De identificatie van Ararat met de berg Agri Dagi in Turkije
stamt uit de Middeleeuwen. Volgens een andere traditie is Noach op de gelijknamige berg op de grens van Turkije en Armenië gestrand, hoewel het
ook een van de andere bergen in het Ararat-gebergte kan zijn, zoals de berg Cudi Dagh.
Na veertig dagen zond Noach een raaf er uit om de omgeving te verkennen, maar deze bleef rondvliegen tot de aarde droog was. Vervolgens liet
hij een duif los. De duif keerde terug omdat die geen plek kon vinden om neer te strijken. Na zeven dagen liet Noach de duif opnieuw los. Tegen
de avond kwam deze terug, maar dit keer met een jong olijfblad in de snavel. Zo wist Noach dat het water al behoorlijk gedaald moest zijn. Nog
eens zeven dagen later liet hij de duif voor een derde maal los en ditmaal keerde deze niet terug.
Na het verlaten van de ark bracht Noach een offer aan God. God beloofde Noach dat Hij de aarde en al wat er op leefde niet meer door water zou
vernietigen, en sloot een verbond met hem. Als teken van Gods verbond met Noach zou voortaan de regenboog verschijnen. God gaf Noach en de zijnen
de opdracht vruchtbaar te zijn en de aarde weer te bevolken. Van de drie zonen van Noach zouden alle latere mensen afstammen. Van Sem zouden de
Semieten -Joden en Arabieren- afstammen, van Cham de Chamieten -de mensen in Afrika en in Kanaän- en van Jafet de Jafetieten -de mensen in Europa-.
Noach werd na de vloed landbouwer en begon een wijngaard. Bij de eerste wijnoogst dronk hij te veel en ging in beschonken staat ontkleed in zijn
tent liggen. Zijn zoon Cham ontdekte dit en vertelde het aan Sem en Jafet opdat ook zij naar hun naakte vader zouden komen kijken. Dezen echter
bedekten, zonder te kijken, respectvol Noachs naaktheid met een mantel. Hierop werden Cham en zijn nakomelingen door Noach vervloekt en Sem en
Jafet gezegend.
Tenach / Oude Testament
vorige pagina |